Pisco is een gedistilleerde alcoholische drank die voornamelijk wordt geproduceerd in Peru en Chili. Het is een soort brandewijn dat wordt gemaakt van druiven en staat bekend om zijn unieke smaakprofiel. De naam "pisco" is afgeleid van de havenstad Pisco in Peru, waar de drank oorspronkelijk werd verscheept. De geschiedenis van pisco gaat terug tot de 16e eeuw, toen Spaanse kolonisten druiven naar Zuid-Amerika brachten. Deze druiven werden aanvankelijk gebruikt om wijn te maken, maar al snel ontdekten de kolonisten dat ze ook konden worden gedistilleerd tot een sterke drank. Pisco werd een populaire drank in de regio en is sindsdien een belangrijk onderdeel van de cultuur in zowel Peru als Chili.
Pisco wordt gemaakt van versgeperst druivensap dat wordt gefermenteerd en vervolgens gedistilleerd. Er zijn verschillende soorten druiven die voor de productie worden gebruikt, waaronder de Quebranta, Negra Criolla, en Italia. Het productieproces verschilt enigszins tussen Peru en Chili, met elk land dat zijn eigen voorschriften en methoden heeft. Pisco kan worden ingedeeld in verschillende categorieën, afhankelijk van de gebruikte druiven en het productieproces:
Pisco Puro: gemaakt van één enkele druivensoort.
Pisco Acholado: een blend van verschillende druivensoorten.
Pisco Mosto Verde: gemaakt van gedeeltelijk gefermenteerd druivensap, wat een zoetere smaak oplevert.
Pisco wordt vaak puur gedronken, maar het is ook een populair ingrediënt in cocktails. De bekendste cocktail is de Pisco Sour, die wordt gemaakt met pisco, limoensap, suiker en eiwit. Andere populaire cocktails zijn de Chilcano en de Pisco Punch.